Verjaring: Stuiting en Schorsing
In onze vorige blog hadden we het voornamelijk over verjaring van facturen (vind onderaan deze blog de link naar die pagina). Vandaag zoomen we in op de zogeheten stuiting en schorsing. Aspecten binnen credit management die niet iedereen kent en waarvan het belang vaak onderschat blijkt. Tijd om er eens naar te kijken!
Stuiting
Bij stuiting begint de initiële verjaringstermijn helemaal opnieuw vanaf de zogeheten stuitingsdaad. Dit kunnen verschillende acties zijn. In principe gaat het over één van deze vijf:
- Een dagvaarding
- Een bevel tot betalen
- Een beslag
- Een schulderkenning
- Een ingebrekestelling
Op deze laatste gaan we dieper in. De ingebrekestelling is namelijk een handig instrument om de verjaring te stuiten. Ze is het meest toegankelijk en vergt de minste inspanning. Om een stuitende werking te hebben moet de ingebrekestelling wel aan enkele bijkomende voorwaarden voldoen. Bijkomend, want een ingebrekestelling kent al wat vormvereisten. We verwijzen hierbij bijvoorbeeld naar de Wet Minnelijke Invordering.
Voorwaarden:
- Een gerechtsdeurwaarder of advocaat van de schuldeiser (=leverancier) moet een aangetekende brief sturen met ontvangstbewijs
- De schuldenaar (= niet-betalende klant) moet in België wonen, verblijven of een zetel hebben
- De ingebrekestelling moet volgende zaken bevatten:
- Gegevens van de schuldeiser
- Gegevens van de schuldenaar
- Beschrijving van de verbintenis die aan de basis ligt van de vordering
- Verantwoording van de geëiste bedragen
- Betalingstermijn
- Consequenties bij uitblijven van betaling, bv. gerechtelijke stappen
- Vermelding dat deze brief een verjaringsstuitende werking heeft
- Handtekening van advocaat of gerechtsdeurwaarder
De stuiting door ingebrekestelling wijkt een beetje af van de basisregel. Zo kan ze slechts éénmalig plaatsvinden, in tegenstelling tot de andere stuitingsdaden. Daarnaast doet ze een nieuwe termijn van maximaal 1 jaar lopen, of een periode gelijk aan de oorspronkelijke termijn, indien deze minder dan 1 jaar bedroeg.
Voorbeeld: een factuur van een transportfirma (verjaringstermijn van zes maanden), verjaart op 12/12/2022. Op 05/12/2022 verzendt de advocaat van de firma een ingebrekestelling. Deze voldoet aan de vereisten. De factuur zal hierdoor pas verjaren op 05/06/2023.
Voorbeeld: een factuur van een energieleverancier (verjaringstermijn van vijf jaar), verjaart op 12/12/2022. Op 05/12/2022 verzendt de gerechtsdeurwaarder die door de leverancier werd ingeschakeld een ingebrekestelling. Deze voldoet aan de vereisten. De factuur zal hierdoor pas verjaren op 05/12/2023. Mocht diezelfde gerechtsdeurwaarder een bevel tot betalen betekenen i.p.v. een ingebrekestelling, loopt de verjaring tot 05/12/2027.
Opmerking 1: een afbetalingsplan kan gelden als een schulderkenning. De klant geeft immers aan wel te willen betalen, maar het niet in één keer te kunnen. Om deze reden is het van groot belang om een gemaakte afspraak te bevestigen. Hierover heerst er nog vaak discussie.
Opmerking 2: een schulderkenning waarbij eiser en schuldenaar een document opstellen mag niet onder dwang gebeuren. Ondernemers zagen de mogelijkheid om hun bijna verjaarde vorderingen nog snel te stuiten door hun niet-betalende klant onder druk te zetten om zo’n document te ondertekenen. De Wetgever kwam tussen door deze praktijk te verbieden in o.a. de Wet Minnelijke Invordering. Een schulderkenning mag je vragen, nooit eisen.
Schorsing
Door bepaalde omstandigheden stopt de verjaringstermijn even met lopen. Daarna loopt ze weer verder voor de resterende termijn. Het is eigenlijk een soort van pauze. Een schorsing van verjaring komt minder vaak voor, zeker in de financiële sector. Het beste voorbeeld is dat de verjaring geschorst is ten aanzien van minderjarigen tot op het moment waarop ze meerderjarig worden. Een vordering kan dus nooit verjaren ten aanzien van een minderjarige.
Lees hier de blog van vorige week, over de verjaring van facturen.
Wil jij graag meer weten over verjaring of heb je bijkomende vragen?